Het embleem van het Korps Mariniers is een vertrouwd beeldmerk. Het bestaat dit (2021) jaar dan ook al 125 jaar, met de invoering van de nieuwe piekhelm in 1896 werd dit embleem eveneens geboren. In 1946 werd hier een nieuw element aan toegevoegd. Met een koninklijke machtiging werd op 20 november 1946 aan het embleem het motto “Qua Patet Orbis” toegevoegd.
De nieuwe helm die in 1896 werd ingevoerd voor het Korps Mariniers was afgeleid van de helm die door het Nederlands-Indisch leger in gebruik was genomen. Voor de nieuwe mariniershelm werd door kapitein der mariniers J.W. Wijnands een embleem ontworpen. In de loop van de tijd werd dit als officieus embleem voor het korps ingevoerd, op briefpapier en bij feestelijke gelegenheden. Ook werden kleinere versies ontworpen, voor andere uniformstukken.
Na de Tweede Wereldoorlog werd toestemming gevraag om de spreuk “Qua Patet Orbis” (zo wijd de wereld strekt) aan het embleem toe te voegen. Dit was het persoonlijke motto van Johan Maurits van Nassau (1604-1679). Hij was een opperofficier in het Staatse leger en in de periode 1636-1644 gouverneur-generaal van Nederlands-Brazillië. Daar nam hij deze spreuk in gebruik, hij werd zelfs onderdeel van zijn handtekening. Na terugkeer in Nederland vestigde hij zich in het Mauritshuis in Den Haag.
Bij de Slag bij Seneffe in 1674 had hij de leiding over een deel van de Nederlandse troepen. Twee regimenten mariniers onderscheidden zich hierbij bijzonder en kolonel der mariniers Francois Palm sneuvelde op dit slagveld.
Vanwege deze connectie en omdat Qua Patet Orbis bij uitstek past bij het wereldwijd inzetbare Korps Mariniers gaf koningin Wilhelmina in 1946 toestemming om het persoonlijke motto van haar illustere familielid te gebruiken. Met gepaste trots wordt het QPO vanaf die datum door de Nederlandse mariniers gevoerd.
Bron Mariniersmuseum